Logo Fietsen123

Nieuws

Fietsen met Hella: ‘Door te fietsen ontsnapte ik aan de ellende’

Tuesday 3 May, 2016

De racefiets die Rini Wagtmans op zijn 14de bij elkaar spaarde, veranderde zijn leven. Met zijn wielersuccessen nam de voormalig profwielrenner wraak op de vernederingen uit het verleden. “Fietsen is de hoogste vorm van vrijheid.”

“Natuurlijk fiets ik nog! Alleen niet meer op de racefiets.” Rini Wagtmans reageert enthousiast op mijn uitnodiging voor een gesprek én fietstocht natuurlijk. Want fietsen doet deze oud-­Touretappewinnaar nog altijd, al is het ­tegenwoordig op een mountainbike. “Als wielrenners mij zien op de racefiets, denken ze altijd dat ze me eruit moeten fietsen. Daar heb ik geen zin meer in.” Voordat we vanuit het Brabantse Sint Willebrord, waar hij woont, de zogenaamde smokkelaarsroute van zijn vader richting Belgische grens gaan fietsen, schotelt Rini mij en de fotograaf eerst nog een zelfgemaakte, licht verteerbare, soep voor. Zijn vrouw, met wie hij al een halve eeuw samen is, heeft al jarenlang ernstige rugklachten. “Ik doe alles voor mijn vrouw. Ik ben hier de moderne huisvrouw”, grapt hij, ondertussen ondeugend naar zijn Ria kijkend.

Roemrijk wielerverleden

Voordat we vertrekken, steken we nog even de straat over naar de hal waar de tastbare herinneringen aan zijn fietscarrière te zien zijn. Aan de muur hangt zijn kampioensfiets – een blauwe Gazelle Champion Mondial – tussen foto’s van zijn roemrijke wielerverleden. Deze fiets heeft Rini groot gemaakt: zowel geestelijk, fysiek als later ook zakelijk. We werpen een blik in de prijzenkast en stappen de deur uit. Rini legt ondertussen zijn liefde voor de buurt uit: “Als het sneeuwt, veeg je hier niet alleen je eigen stoep schoon, maar de hele straat. Ik ben een Willebrordse jongen en daar ben ik zo trots op als een pauw. Maar als de PVV van Geert Wilders het hier voor het zeggen krijgt, ga ik verhuizen. Dat vraagt mijn rechtvaardigheidsgevoel”, zegt hij vastberaden terwijl we op weg gaan naar de mountainbikeroute, die gedeeltelijk over de voormalige smokkelroute naar België gaat. Die route legde zijn vader ook vaak af om wat geld bij elkaar te scharrelen voor zichzelf en zijn gezin. Zijn vaders bijnaam was dan ook ‘Smokkel’.

Moeilijke jeugd

Rini Wagtmans is geboren en getogen in Sint ­Willebrord in een roemruchte familie. Zijn vader dronk en sloeg volgens Rini ‘om dood te slaan’. Al op zijn 7de moest Rini voor zijn kleinere broertjes en zusjes zorgen, die van drie verschillende vaders afkomstig waren. Vaak was er niets te eten. Hij werd verstoten door zijn moeder, die er een nogal losse moraal op na hield, en kwam terecht bij een tante. “Ik gun iedereen zo’n tante Koske die zei: je hoeft niets te zeggen. Ik begrijp je, je bed staat voor je klaar.”

Alsof hij weer de Tour de France rijdt
Als we aankomen in het kenmerkend lege grenslandschap bekijk ik Rini in zijn strakke fietspakkie. Hij doet me denken aan zo’n duikelaarspoppetje dat je weleens op de hoedenplank van een auto ziet. Eenmaal met de voeten op de pedalen is Rini’s blik serieus, alsof hij weer een Tour de France rijdt. “Hier komen ze vanuit heel Nederland mountainbiken: het is hier zó mooi”, roept hij trots.

Na zijn eerste racefiets, kwam de omslag

Nadat Rini op zijn 14de zijn eerste racefiets bij elkaar had gespaard, kwam de omslag in zijn leven. “Ik moest kostgeld betalen aan oom Kees, maar als die niet keek kreeg ik het van tante Koske terug”, vertelt Rini nog altijd vertederd door zoveel liefde. Met de fiets nam Rini wraak op de vernederingen uit zijn verleden. “Fietsen was voor mij de hoogste vorm van vrijheid. Daarin kon ik ontsnappen aan de ellende.”

Vermaard wielerdorp
’t Heike, zoals Sint Willebrord in de volksmond heet, was in die tijd al een vermaard wielerdorp dat veel bekende renners had voortgebracht. Zoals Marinus Valentijn, Jacques Hanegraaf en Wim van Est (die een legende werd na zijn val in een ravijn). Rini’s vader was de masseur van Wim. Maar ook Rini’s oom Wout Wagtmans was toen al een bekende in de wielerwereld. “Fietsen hoort bij de familie Wagtmans als de familie De Mol bij Hilversum.”

Zijn biografie: Ongekend

Rini beschrijft zijn jeugd in de biografie Ongekend. Daarin dankt hij zijn ouders ondanks alles voor hun liefde. “Ik had gehoopt dat ze sorry zouden zeggen – dat hebben ze nooit gedaan. Maar ik heb ze vergeven. Zo kon ik het afsluiten. Boosheid houdt je alleen maar vast in een slachtofferrol.” En vervolgens verklaart hij zichzelf met: “Ja, ik heb een karakter dat eenmalig is.” Nadat Rini was getrouwd en zelf vader werd, zag hij pas wat een moeder voor haar kinderen kan betekenen. In zijn eigen gezin is de pijn uit het verleden ruimschoots gecompenseerd, begrijp ik uit de verhalen van Rini en Ria.

Strontpaal in Essen

De eerste stop op onze route is de zogenaamde ‘strontpaal’ in het Belgische Essen, net over de grens. Het verhaal gaat dat achter deze arduinen grenspaal douaniers hun behoefte deden tijdens een velddienst. De versie van Rini’s vader is dat smokkelaars als hij het hier in hun broek deden uit angst gepakt te worden. Rini en ik kijken naar het smalle paaltje en lachen: als je je dáárachter moet verstoppen… Een boom zou je beter camoufleren.

Beruchte smokkelaar
Dit is ook de plek waar in 1916 de beruchte smokkelaar ‘Klaveren Vrouwke’, de schuilnaam van Geert Schrauwen, is doodgeschoten. Verkleed als onder andere (zwangere) vrouw wist hij in deze gouden smokkeltijden voortdurend aan de grenswachten te ontsnappen. Bij de strontpaal kun je het verhaal nu lezen als eerbetoon aan een slimme smokkelaar die uiteindelijk toch is gepakt.

Weinig mensen
“Dit jaar mei is het precies honderd jaar geleden. Ik ben al benaderd omdat het groots gevierd gaat worden.” We komen op deze zonnige vooravond weinig mensen tegen. Racend over de prima paden hoeven we dan ook niet bang te zijn iemand omver te rijden. Logisch dat heel wat smokkelaars als de vader van Rini hier hun kans grepen om smokkelwaar de grens over te krijgen.

Vroegtijdig stoppen

Nadat Rini in 1970 vijfde was geworden in de Tour de France en een dag met trots de gele trui mocht dragen, ging zijn leven bergopwaarts. Tot zijn grote spijt moest hij vanwege hartproblemen al in 1973 zijn wielercarrière stoppen. Maar bij de pakken neerzitten past niet bij hem. Na een periode als wielerploegleider en bondscoach begon hij een zakelijke carrière: met drie wielerspeciaalzaken, vier kledingfabrieken, een timmerfabriek en huizen. Na zijn tweede hartstilstand in 1997 heeft hij veel bezittingen verkocht en de zaken overgedragen aan zijn oudste zoon. “Het meeste wat ik zelf heb verdiend, heb ik weggegeven.” Zo is Rini met zijn familie nog altijd de grootste sponsor van ­evenementen in het West-Brabantse dorp.

Rini doet alleen nog maar wat hij zinnig en leuk vindt

Tegenwoordig doet Rini alleen nog maar wat hij zinnig en leuk vindt. Zoals vrijwilligerswerk met ex-gedetineerden voor de organisatie Exodus. “Ik ben van mening dat als iemand zijn straf heeft uitgezeten, hij of zij een herkansing verdient. Dat geldt ook voor wielrenners, en zelfs voor Lance Armstrong.” Het begint al te schemeren als we onze weg het bos uit zoeken. “Volg Witte Veder!”, roept Rini vrolijk, doelend op de indiaan uit de boekenserie ‘Arendsoog’. Keer op keer denken we de uitgang van het bos te hebben gevonden. Als we dreigen te verdwalen, merkt Rini lachend op: “We moeten oppassen dat er morgen niet in de krant staat: ‘Rini Wagtmans met blonde vrouw in het bos gevonden: ze hebben de nacht knap overleefd!’


Strontpaalroute

Het gebied bij de Belgische grens ten zuiden van ­Roosendaal is heel aantrekkelijk om te voet of op de fiets te verkennen. Op de Strontpaalroute kom je door bossen, langs heide en zandverstuivingen. Ga hier naar de strontpaalroute.
Startpunt: Nispen.
Lengte: 30 kilometer.
Bereikbaarheid: Treinstation Essen (België), bereikbaar vanuit Roosendaal